26 november 2015

Een belevingsgedachte van een frequent bezoeker met zorgintensief kind…

De geur die er hangt is vertrouwd en toch ook niet. De routine die er heerst is bekend. Alles valt of staat met het volgen van gebruiken, protocollen en regels. Praktisch handelen gaat moeizaam samen met invoelend vermogen. Tijd is hier een kostbaar goed, ook al is uitlopen de standaard. Te veel of te weinig tijd kan hier het verschil maken. Net als het wel of niet volgen van een protocol. Ze zijn er niet voor niets. Het is waar het hele systeem op draait. Anders worden er risico’s genomen en missers begaan. En juist dit is een plek waar dat niet geoorloofd is. Want in dit huis vol wetenschap & emotie wordt de maakbaarheid van het leven nagestreefd. Helen, revalideren, behandelen, bestrijden en (over)leven; daar draait het om. Het is de plek waar de wereld soms stil staat, waar het leven begint, waar het verlengd of verbeterd wordt of helaas soms zijn einde vindt. Het Ziekenhuis.

De operatie

Als je er vaak genoeg komt raak je er haast aan gewend. Helemaal wennen doet het echter nooit. Zeker niet tijdens piekdagen waarop spanning, emotie en hoop hoogtij vieren. Zoals op een operatiedag… Om 2 van de 3 door mij meest geliefde personen samen te zien vertrekken blijft vreemd. Mijn kleintje in haar operatiehemdje op de arm van haar papa. De grote deuren door en de lange hal in. De hal waar talloze OK’s op uitkomen. Daar waar kinderen in slaap gebracht worden en wonderen verricht worden. Het is een paralleluniversum. Een wereld die slechts door enkelen betreden wordt. We laten ons slapende kindje achter in kundige handen. En alsof je zelf ook onder narcose gebracht bent, worden seconden minuten en minuten uren. De wereld staat stil. Er bestaat niks anders. Je praat, je huilt, je wacht, je hoopt. Tot het bericht komt dat je naar de verkoeverkamer mag. Opluchting. Het ergste is voorbij!

De verpleegafdeling

Op de verpleegafdeling draai je mee in het ritme en de orde die er heerst. De lampen gaan aan en de afdeling en zijn tijdelijke bewoners ontwaken. Kamers worden opgeruimd, overdrachten gehouden en visites gelopen. Het leven op een afdeling hangt van vragen en antwoorden aan elkaar. Nieuws, uitslagen en behandelplannen. Het is een achtbaan van emoties. Juist als jij je kindje het dichtst bij je wilt hebben, is dit het moeilijkst. Alle draden, slangen, plakkers en kabels laten het niet toe. Er zijn dagen dat je van optimistisch en hoopvol naar wanhopig en zorgelijk gaat. Tot de lampen uitgaan en de ogenschijnlijke rust op de afdeling wederkeert.

Twee werelden

Die ogenschijnlijke rust heerst, tijdens een opnameperiode, overal – zowel thuis als in het ziekenhuis. Resulterend in het feit dat je nergens rust kent. Je bent incompleet en dus nergens “thuis”. Je verkeert in twee werelden. Zodra je het ziekenhuis verlaat, stap je letterlijk uit de zorg. De alertheid, waakzaamheid en zorg mogen voor even plaatsmaken voor vermoeidheid, rust en aandacht voor het gewone leven. Na een nacht wissel je elkaar af en stap je weer in de bubbel van zorg. Soms is het lastig om letterlijk weer de zorg in te stappen. De drempel kan hoog zijn. In het dagelijks leven met je zorgintensieve kindje bedrijf je topsport. Op dit soort momenten wordt er van je gevraagd een marathon te lopen. Dat is zwaar.

Dan breekt de tijd aan waarin het herstel zichtbaar begint te worden en de noodzakelijke mijlpalen behaald zijn. Frisse moed en energie vullen je van top tot teen. Vertrouwen komt terug en de finish komt in zicht. De dagen en uren voelen lichter. En dan komen eindelijk die verlossende woorden die iedereen wil horen: “Jullie mogen naar huis!”.

Vera Tomassen